Belgische voedingsindustrie mikt op economisch herstel ondanks omzetverlies van 4 miljard euro

01.12.2020

Uit een nieuwe enquête die Fevia, de federatie van de Belgische voedingsindustrie, in november uitvoerde bij haar leden blijkt dat 3 op 4 voedingsbedrijven vandaag getroffen zijn door de coronacrisis. Tijdens de tweede golf zien de voedingsbedrijven hun omzet met gemiddeld 9% dalen. Op jaarbasis betekent de lagere verkoop aan voornamelijk de horeca en de foodservice, in combinatie met verminderde export, een omzetverlies van bijna 4 miljard euro. Desondanks kan de voedingsindustrie volgens Fevia een motor zijn voor economisch herstel, mits ze daarvoor de broodnodige ondersteuning krijgt.

Fevia voorzitter Jan Vander Stichele doet dan ook een duidelijke oproep aan beleidsmakers: “De voedingssector is al jaren een voortrekker van de Belgische industrie en heeft het potentieel om onze economie na de crisis opnieuw richting herstel te duwen. Maar de coronacrisis hakt zwaar in op veel van onze bedrijven. Laten we dus vermijden dat we het potentieel van onze sector door onze vingers laten glippen. We moeten nu investeren in de voedingsindustrie om morgen weer met economisch herstel te kunnen aanknopen.”

Impact corona blijft zwaar wegen op #foodheroes

Uit de enquête die Fevia bij haar leden uitvoerde, blijkt dat Belgische voedingsbedrijven vandaag hun economische activiteit met gemiddeld 9% zien dalen. Voor bepaalde individuele bedrijven gaat het zelfs over een vermindering van meer dan 75%. Voor 2020 (op jaarbasis) verwachten de bedrijven een daling van de jaaromzet met 7%. Dat zou een verlies van in totaal bijna 4 miljard euro betekenen. Dat verlies is vooral toe te schrijven aan de sluiting van de horeca (32% van het verlies) en de foodservice (15% van het verlies) en aan de verminderde export (23% van het verlies). “Daardoor werden gemiddeld ook 36% van de geplande investeringen in 2020 intussen uitgesteld, wat natuurlijk jammer is, want investeringen betekenen potentiële groei en jobs in de toekomst”, stelt Bart Buysse, CEO van Fevia.

Verder geeft 1 op 2 bedrijven aan dat de tewerkstelling lager is dan normaal. Twee derde van de bedrijven ondervond een verhoogd personeelsverzuim, door ziekte of door quarantaine. Voedingsbedrijven hebben hiervoor massaal geïnvesteerd in beschermingsmaatregelen. “We hebben als eerste sector een protocol opgemaakt om onze food heroes in veilige omstandigheden aan het werk te houden. De grote weerbaarheid van onze ondernemers en werknemers heeft er gelukkig voor gezorgd dat we onze rol als essentiële sector zijn blijven spelen om iedereen met voeding en dranken te bevoorraden. Daar moeten we iedereen zeer dankbaar voor zijn”, verklaart Bart Buysse.  

Meer dan 4000 jobs mogelijk op de helling

Het recordjaar 2019 dat de Belgische voedingsindustrie als grootste industriële sector en werkgever optekende vlak voor de crisis, bevestigt voor Fevia dat de sector het potentieel heeft om aan het herstel van de Belgische economie bij te dragen. De nieuwe enquête toont daarentegen aan dat de nabije toekomst allerminst rooskleurig oogt. Zo verwachten 2 op de 3 bedrijven een lagere economische activiteit in 2021, met een omzet die 5,7% lager zou liggen dan normaal. Meer dan de helft van de bedrijven verwachten ook in 2021 een lager investeringsniveau: een daling met gemiddeld 22%. Bovendien zijn voedingsbedrijven pessimistisch over de evolutie van de werkgelegenheid: ze verwachten een daling van 4,5%, wat dus zou betekenen dat meer dan 4.000 jobs op de helling zouden komen te staan.

“Daarnaast is de Brexit nog steeds een enorme bedreiging voor onze export, al jaren de groeimotor van de Belgische voedingsindustrie. Bovendien bevestigde de tijdelijke sluiting van de grenzen opnieuw de enorme impact van de grensaankopen op onze bedrijven. Door die sluiting daalden grensaankopen met 60%, maar na het heropenen van de grenzen stegen die grensaankopen opnieuw tot hun oude niveau van ongeveer 155 miljoen euro per kwartaal. Minder inkomsten voor de schatkist dus en minder potentieel voor onze bedrijven om hier te investeren en jobs te creëren”, waarschuwt Bart Buysse, CEO van Fevia.

#ReverseTheCurve… again, together

Ondanks deze relatief sombere vooruitzichten blijft de voedingsindustrie geloven in de toekomst en heeft ze de ambitie om een actieve rol te spelen in de economische relance. Maar Fevia voorzitter Jan Vander Stichele benadrukt dat de getroffen voedingsbedrijven nu de nodige ondersteuning nodig hebben. “Onze ondernemers, waaronder veel kmo’s, tonen veel weerbaarheid en blijven ambitieus. Maar vandaag hebben ze nood aan ondersteuning. Daarom reiken we de hand uit naar de verschillende regeringen om ons “ReverseTheCurve” plan verder te ondersteunen, om de Belgische markt te versterken, de internationale handel te boosten en onze arbeidsmarkt voor te bereiden op de digitale toekomst.”

Fevia verwelkomt alvast de steunmaatregelen die de federale en regionale regeringen reeds toezegden voor de voedingssector en haar bedrijven. “We zijn enorm dankbaar dat de regering onze signalen heeft gehoord. Zo maakte ze werk van een verlenging en versoepeling van de tijdelijke werkloosheid ‘corona’ en van extra flexibiliteit in de arbeidsorganisatie. De regering zorgde ook voor soepelheid in de betalingen aan de RSZ en de fiscus en ze stelde een aantal maatregelen voor de horeca- en de eventsector ook open voor de toeleveranciers. Om de voedselproductie op peil te kunnen blijven houden, is onze prioriteit nu om zo snel mogelijk ook sneltesten in te zetten in onze voedingsbedrijven en waar nodig de flexibiliteit krijgen om snel en eenvoudig extra krachten in te zetten, bijvoorbeeld via de tewerkstelling van tijdelijk werklozen en studenten. Net zoals het belangrijk is dat de regeringen een relanceplan uitwerken om perspectief te bieden aan de bedrijven. Fevia bezorgde alvast haar voorstellen”, concludeert Jan Vander Stichele.  

#ReverseTheCurve