Voedingsbedrijven realiseren in 2023 al 26 % van de geplande energiebesparingen tegen 2026
82 energie-intensieve voedingsbedrijven zullen tegen eind 2026 een energiebesparing realiseren van 2,25 Petajoule (PJ) door het nemen van 445 zekere maatregelen. Dit komt overeen met het gemiddeld jaarlijks energieverbruik van bijna 30.000 gezinnen. In 2023 realiseerden de voedingsbedrijven al 0, 594 PJ of 26 % van de totale energiebesparing. Dat blijkt uit het eerste jaarverslag van de nieuwe energiebeleidsovereenkomsten, een unieke samenwerking tussen de overheid en het bedrijfsleven.
Voedingsbedrijven doen meer dan gepland
Volgens de energieplannen zouden de voedingsbedrijven in 2023 0,330 PJ energie besparen. Maar ze bespaarden liefst 80 % meer . Voedingsbedrijven realiseerden in 2023 immers een energiebesparing van 0,594 PJ. Goed voor meer dan een kwart van de totaal geplande energiebesparing tegen 2026.
Er werden dus meer maatregelen uitgevoerd dan gepland in de energieplannen. Het toont nogmaals aan dat voedingsbedrijven wel degelijk bezig zijn met het optimaliseren van hun energie-efficiëntie. De vermeden CO2-emissies voor de voeding & mengvoeders bedroeg in 2023 35,8 kton.
Energiebeleidsovereenkomst 2023-2026 voor de Vlaamse industrie
De nieuwe EBO-cyclus, voor de periode 2023-2026, verplicht bedrijven om hun energie-efficiëntie verder te verbeteren. Energiebeleidsovereenkomsten of EBO’s zijn een partnerschap tussen de Vlaamse overheid en 281 bedrijven uit diverse sectoren zoals voeding, chemie, kunststoffen, staal, metaal, raffinage,papier, glas en elektriciteitsproductie. De deelnemende bedrijven engageren zich vrijwillig om energiebesparende maatregelen uit te voeren die op basis van energieaudits kostenefficiënt en economisch rendabel zijn.
Zo dragen de betrokken ondernemingen in belangrijke mate bij aan de Europese doelstellingen voor CO2-reductie en de Vlaamse doelstellingen rond energie-efficiëntie. Ze dienen ook een klimaatroadmap op te stellen en data aan te leveren om hun potentieel voor restwarmte in kaart te brengen.
Op basis van energieplannen zijn 1.779 uit te voeren maatregelen vastgelegd die samen een energiebesparing van 13,2 PJ moeten opleveren, of een daling van het finaal energieverbruik met 3,2% tegenover het referentiejaar. Voedingsbedrijven nemen daarvan 17 % of 2,25 PJ voor hun rekening.
900 miljoen voor meer energie-efficiëntie
In totaal investeren de bedrijven in deze periode van vier jaar zowat 900 miljoen euro in meer energie-efficiëntie, een sterk engagement in een bijzonder uitdagende economische context. Bovendien zijn er ook 1.270 studiemaatregelen gedefinieerd die verder worden onderzocht en afhankelijk van de haalbaarheid en rendabiliteit al dan niet leiden tot bijkomend uit te voeren energiebesparende maatregelen.
Welke maatregelen nemen de bedrijven dan? Er wordt vooral geïnvesteerd in warmterecuperatie, waarbij interne restwarmte hergebruikt wordt ter vervanging van fossiele brandstoffen, én in procesoptimalisatie, door gebruik te maken van artificiële intelligentie voor slimme processturing en meettechnieken. Bijkomend zetten voedingsbedrijven in op de optimalisatie van koeling, perslucht en stoom .
Evaluatie van de Energiebeleidsovereenkomst
De EBO’s tonen aan dat bedrijven werk maken van een klimaatvriendelijke toekomst. De Vlaamse overheid wil nu bekijken hoe de CO2-uitstoot in de industrie verder kan gereduceerd worden. Daarvoor loopt er momenteel een evaluatie van het instrument ' EBO'. De industrie is alvast vragen partij om het principe van de EBO verder te zetten. Gezien de resultaten van 2023 lijkt dit evident.