Voedingssupplementen: tussen mythe en waarheid

05.09.2019

Eind januari werd Valerie Vercammen de nieuwe secretaris-generaal van NAREDI, de beroepsfederatie van en voor de Belgische voedingssupplementenindustrie. We zijn intussen 8 maanden verder en gingen, samen met voorzitter Paul Coussement, eens polsen naar Valerie haar ervaringen en visie over de beroepsfederatie: “De vragen en bezorgheden van mijn leden zijn mijn allereerste prioriteit. Bij mijn aanstelling ging ik achterhalen wat er bij hen leeft. De vele mythes en onwaarheden rond voedingssupplementen ontkrachten was daar één van.”

NAREDI_Valerie Vercammen_Fevia

Dag Valerie en Paul. Vertel eerst wat meer over NAREDI.

Paul: “NAREDI is de beroepsfederatie voor de Belgische voedingssupplementenindustrie. Ze vertegenwoordigt 150 leden over de hele keten van het voedingssupplement: innovatie, creatie, productie, verdeling en kwaliteitscontrole. De sector bestaat hoofdzakelijk uit kmo’s, maar ook uit een aantal grote, internationale spelers.”

Wat zijn voedingssupplementen juist?

Valerie: “Voedingssupplementen zijn in de eerste plaats voedingsmiddelen. Ze worden als aanvulling op de normale voeding gebruikt en ze dragen bij tot een goede gezondheid dankzij hun fysiologische en nutritionele werking. Ze bestaan in verschillende vormen: pilletjes, capsules, poeder, ampullen of vloeistof. De meest gekende zijn: vitaminen en mineralen, probiotica, omega-3 vetzuren, verteringsremedies, laxatieven, voedingsvezels en plantenextracten.”

Wanneer is het aangewezen om een voedingssupplement in te nemen?

Paul: “Iedereen -groot, klein, jong of oud- moet via een gezonde levensstijl zijn of haar aanbevolen dagelijkse hoeveelheid van macro- en micronutriënten innemen. Macronutriënten zijn koolhydraten, vetten en eiwitten en micronutriënten zijn vooral vitaminen en mineralen. Neem bijvoorbeeld vitamine C: de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid (ADH), vooropgesteld door de Hoge Gezondheidsraad (HGR), komt overeen met 110 mg/dag voor volwassenen. Je kunt dat  perfect opnemen door voldoende groenten en fruit te eten. Helaas zien we dat dat niet altijd strookt met de realiteit: volgens de voedselconsumptiepeiling geraakt slechts 24% van de bevolking aan die dosis via voeding. Een voedingssupplement als aanvulling is dan zeker een verstandige keuze.”

Gaat het probleem breder dan de inname van vitamine C?

Valerie: “Inderdaad. Volgens de laatste Belgische voedselconsumptiepeiling eet een groot deel van de bevolking niet zo evenwichtig en loopt daardoor risico op bewezen tekorten. Slechts 9% van de Belgische bevolking eet voldoende fruit. En maar 5% van de mensen eet voldoende groenten. Dat is toch wel een serieuze vaststelling. Op lange termijn kunnen grote tekorten leiden tot gezondheidsproblemen. Voedingssupplementen dragen hun steentje bij om die tekorten op te vangen.”

Mag iedereen voedingssupplementen innemen?

Paul: “Je vitamines en mineralen opnemen via een evenwichtige voeding is steeds het vertrekpunt. Wanneer iemand tekorten heeft, kan het een verstandige keuze zijn om een voedingssupplement in te nemen. Daarnaast zijn voedingssupplementen ook aangewezen voor bepaalde doelgroepen. Denk aan zwangere vrouwen, snel opgroeiende kinderen, ouderen, veganisten, of mensen die bepaalde medicatie moeten innemen. Ook in bijzondere omstandigheden is het soms nuttig om een voedingssupplement in te nemen: bij intensief sporten, in periodes van stress of wanneer je een streng dieet volgt. NAREDI raadt altijd aan om het advies van een arts of een gezondheidsprofessional op te volgen en zich strikt te houden aan de aanbevolen hoeveelheden.”

Hoe verzeker je dat een voedingssupplement doet wat het belooft?

Valerie: “Op sommige voedingssupplementen staat er een claim te lezen, een gezondheidsbewering. Bijvoorbeeld: “draagt bij tot een normale spierfunctie” of “verlaagt cholesterol”. EFSA, de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid onderzoekt die claims en de Europese Commissie keurde er intussen zo’n 270 goed. Dat is een garantie voor de consument om aan te tonen dat die voedingssupplementen werken. Kortom, een voedingssupplement met een claim doet wat het zegt.”

Hoe brengen jullie de leden up-to-date over de evoluties rond claims?

Paul: “De laatste jaren organiseerden we workshops over de claimswetgeving voor onze leden. Zo dragen we ons steentje bij tot het correct naleven van de claimswetgeving, wat uiteraard een boost geeft aan de geloofwaardigheid en het imago van de sector. Er bestaat soms frustratie bij onze leden over het gedrag van buitenlandse bedrijven die via e-commerce de wet volledig aan hun laars lappen. Maar wanneer je kijkt naar de top-5 bedrijven uit onze industrie, zijn het stuk voor stuk bedrijven die de wetgeving voorbeeldig toepassen. Dit bewijst dat de wetgeving correct naleven, zeker loont.”

Hoe ziet de groei van de sector eruit?

Valerie: “Analisten voorspellen dat de globale markt voor voedingssupplementen binnen 5 jaar tijd verdubbelt: van 120 miljard euro in 2017 naar 250 miljard euro in 2024. Deze indrukwekkende groeicijfers kan je overal ter wereld op dezelfde manier verklaren: mensen worden steeds meer bewust van de impact van een gezonde levensstijl en gezonde voeding op de kwaliteit van de gezondheid en de preventie van bepaalde welvaartsziektes. Ondanks alle economische crisissen kent Europa de laatste jaren een stabiele groei van 2 tot 8%.”

Is die groei te danken aan bepaalde opkomende trends, denken jullie?

Paul: “Voedingssupplementen zijn in het algemeen heel trendy omwille van hun “natuurlijk” aspect. Als we kijken naar onze Noorderburen, blijkt dat 43% van de Nederlanders voedingssupplementen gebruikt (2018). Bij ons lag dit cijfer in de laatste voedselconsumptiepeiling uit 2014 op 38%. Ook onze sector ontsnapt niet aan de grote trends rond “natuurlijk, bio, en vergroening”. Maar dé grootste trend die er aankomt is dat we ons voedingspatroon, op basis van onze eigen individuele noden, “à la carte” gaan samenstellen. We verwachten in de toekomst steeds vaker ook gepersonaliseerde voedingssupplementen te zien.”

Waar liggen de grootste uitdagingen voor NAREDI?

Valerie: “Bij mijn aanstelling wou ik via verschillende bevragingen achterhalen wat er leeft bij onze leden, om zo te kunnen werken aan eventuele pijnpunten. Uit de bevraging blijkt dat onze bedrijven vooral willen dat de sector werkt aan haar imago en geloofwaardigheid.”

Waarom is dat, volgens jullie?

Valerie: “Ook al groeit de voedingssupplementenmarkt, hangt er nog steeds een donkere wolk boven de sector. De bewering, die we helaas soms lezen en horen, dat voedingssupplementen niet zouden passen binnen een evenwichtige voeding en onveilig zouden zijn, is gewoon fout. En wat voedselveiligheid betreft: naast de Europese wetgeving, die als één van de meest strikte ter wereld wordt beschouwd, bestaat in België een zeer uitgebreid notificatiesysteem waarbij elk voedingsproduct dat op de markt wordt gebracht, moet gemeld worden aan het Ministerie van Volksgezondheid, DG APF (Animals, Plants and Food). Dat controleert of elk product wel voldoet aan de regels rond voedselveiligheid.”

Hoe pakken jullie die onjuistheden en mythes dan aan?

Paul: “Het is onze taak om het vertrouwen in voedingssupplementen te vergroten en onjuiste informatie recht te trekken. Wanneer we merken dat er in de media onjuiste beweringen over voedingssupplementen zijn verschenen, nemen we contact op met de betrokken journalisten. We vragen een rechtzetting van het artikel, en om in de toekomst constructief in dialoog te gaan met elkaar. Dat hebben we onlangs bijvoorbeeld gedaan in de Vrije Tribune van Knack. En we hebben zelf een dossier gemaakt met de meest gelezen mythes en feiten over voedingssupplementen. Ben je zelf benieuwd welke veelgehoorde beweringen nu echt zijn of niet? Dan kan je je kennis testen op onze website: je ontdekt er welke 30 veelgehoorde stellingen nu mythe of waarheid zijn!”

En tot slot: welke projecten liggen er bij NAREDI in de pipeline?

Valerie: “Op 11 september lanceert NAREDI haar gloednieuwe website. Onze website is dé plek bij uitstek om objectieve en correcte informatie te vinden over voedingssupplementen, zowel voor de consument als een professionele zorgverstrekker. Als je graag op de hoogte blijft van de laatste nieuwtjes, kan je ons vanaf september ook volgen op Facebook en Instagram!”