28.07.2025 Pers

De Waalse voedingsindustrie staat onder druk: Fevia Wallonie roept op tot een coherent kader voor een duurzaam voedingssysteem

De Waalse voedingsindustrie kende een moeilijk jaar. In 2024 daalde de omzet met 2,9%, zakte de productie naar het laagste niveau sinds 2017 en kromp de export voor het tweede jaar op rij. Fevia Wallonie, de federatie van de Waalse voedingsbedrijven, grijpt de Landbouwbeurs van Libramont aan om te pleiten voor een betere samenwerking in de voedingsketen, eerlijke handelsrelaties en een coherent beleid in overleg met alle actoren, met het oog op een duurzaam voedingssysteem.

Kerncijfers Fevia Wallonie 2024-2025

In 2024 kromp de productie van de Waalse voedingsindustrie met 2,7% tot het laagste niveau sinds 2017. Vooral de drankensector werd hard getroffen: na een daling van 6,3% in 2023 volgde in 2024 opnieuw een terugval van 3,1%. Buiten de coronajaren gaat het om het laagste productieniveau sinds 2010. Door een lagere prijsinflatie in 2024 daalde ook de omzet met 2,9%, een ongeziene terugval. 

Lokale productieketens als hefboom voor duurzame groei

De Belgische voedingsindustrie vormt een essentiële schakel in de voedingsketen: ze verwerkt 61% van de Belgische landbouwproductie en levert 61% van de producten die in de retail worden verkocht, en 71% van de producten die in de horeca worden gebruikt. Om deze centrale rol te blijven vervullen en de hele keten te versterken, kiest Fevia Wallonie voor een dubbele strategie: lokaal verankeren via lokale en duurzame productieketens, én internationaal inzetten met innovatieve en competitieve producten.

Inzetten op lokale en duurzame ketens betekent gedeelde waarde creëren en onze veerkracht versterken. In Wallonië bestaan al heel wat geslaagde samenwerkingen, onder meer rond lokale granen en peulvruchten: tarwe, haver, spelt, gierst, mosterd, zonnebloem, koolzaad, luzerne, eiwiterwten, veldbonen, maar ook in sectoren zoals brouwgerst, melk, vlees, fruit en groenten. Concrete voorbeelden worden voorgesteld op de Landbouwbeurs van Libramont, waar verschillende van onze bedrijven aanwezig zijn op de stand TomorrowFood.

Zonder innovatie geen ketens, en dus ook geen aantrekkingskracht voor klanten, in België én daarbuiten. Daarom is het cruciaal om te blijven innoveren, met steun van de overheid. We moeten daarbij de rol van onze innovatiecluster Wagralim behouden binnen het nieuwe innovatie-ecosysteem dat in Wallonië wordt opgebouwd. Innovatie is de sleutel om waarde te creëren in de hele voedingsketen én om ons ook internationaal te blijven onderscheiden.

Philippe Henroz, voorzitter van Fevia Wallonie: “De voedingsindustrie zet volop in op de transitie naar een duurzamer voedingssysteem. We vragen daarom aan de Waalse regering om dit engagement te ondersteunen met een coherent beleid, in overleg met alle actoren in de voedingsketen.”

De Belgische markt, cruciaal voor Waalse voedingsbedrijven

Hoewel export belangrijk blijft, is de binnenlandse markt van vitaal belang voor de Waalse voedingsindustrie. Die vertegenwoordigt ongeveer de helft van hun verkoop. Daarom moeten we vermijden dat consumenten hun aankopen over de grens gaan doen door de zware lasagne aan taksen in eigen land. 

In 2024 bedroegen de grensaankopen bijna 750 miljoen euro. In de eerste helft van 2025 blijven ze op een hoog niveau, al is er een lichte daling merkbaar. Daarbij zien we een verschuiving van de aankoop van dranken in het algemeen van Frankrijk naar Luxemburg/Duitsland.

Fevia Wallonie roept de regionale overheden op om de zwerfvuiltaks te herzien. De federale regering wordt gevraagd om snel werk te maken van een verlaging van de accijnzen en de verpakkingsheffing, en om een duidelijke fiscale norm voor dranken in te voeren.
Om perspectief te bieden aan de sector, pleit de Waalse voedingsindustrie ook voor structurele hervormingen om de competitiviteit van bedrijven te herstellen. 

Anne Reul, algemeen directeur van Fevia Wallonie: “Als we willen dat onze voedingsbedrijven competitief blijven en op een duurzame manier blijven investeren, innoveren en jobs creëren in ons land, dan moeten we ingrijpen. De loonkostenhandicap, de energiekosten en de administratieve lasten moeten naar beneden.”

Werk aan de winkel voor het nieuwe aanspreekpunt voor eerlijke handelspraktijken 

Fevia en BABM, de Belgische vereniging van merkfabrikanten, bevroegen bedrijven recent naar oneerlijke handelspraktijken. Daaruit blijkt dat 9 op de 10 voedingsbedrijven hiermee geconfronteerd worden, ondanks het wettelijk verbod. Dit zijn de drie meest voorkomende praktijken:

  1. “Margin claims”, waarbij de leverancier financieel moeten tussenkomen voor concurrentieverlies van de retailer.
  2. Eenzijdig opgelegde boetes voor logistieke vertragingen.
  3. Extra commerciële bijdragen die tijdens het jaar worden opgelegd.

Onlangs werd een aanspreekpunt aangesteld dat moet toezien op eerlijke handelspraktijken binnen de voedingsketen. Fevia Wallonie verwelkomt deze benoeming, want er is duidelijk werk aan de winkel. We roepen de overheid op om het regelgevend kader te versterken en alle leveranciers, groot én klein, beter te beschermen. Vooral tegenover aankoopcentrales die hun macht op Europees niveau versterken.