Nieuwe zwerfvuiltaks tot vier keer hoger dan in onze buurlanden
Deze week beslissen de Waalse en Brusselse regeringen mogelijk over een nieuwe heffing van liefst 102 miljoen euro voor producenten en handelaars die bepaalde verpakkingen op de markt brengen. De Vlaamse Regering deed er eerder deze week al een uitspraak over. De zogenaamde zwerfvuiltaks van 102 miljoen betekent omgerekend 8,7 euro per Belg per jaar aan extra taksen. Dat is drie tot vier keer meer dan wat in onze buurlanden wordt betaald. Een bedrag dat Comeos, de federatie voor handel en diensten, en Fevia, de federatie van de Belgische voedingsbedrijven, disproportioneel en onaanvaardbaar noemen. De maatregel ondermijnt de competitiviteit van deze bedrijven, die nu al zwaar onder druk staat door hoge fiscale lasten en andere concurrentiële handicaps.
Verpakkingstaksen lopen op tot 753 miljoen euro
De voorgestelde heffing vloeit voort uit de Europese Single Use Plastic-richtlijn, die producenten en distributeurs verantwoordelijk stelt voor zwerfvuil afkomstig van bepaalde wegwerpplasticproducten. Deze extra belasting komt bovenop de bestaande bijdragen: 300 miljoen euro voor inzameling en recyclage via Fost Plus, en 351 miljoen euro voor de federale heffing op drankverpakkingen. Samen met de voorgestelde 102 miljoen stijgt de totale factuur voor de sector tot maar liefst 753 miljoen euro.
Grensaankopen worden nog aantrekkelijker
Ook de nieuwe Europese verordening rond verpakkingen (Packaging & Packaging Waste Regulation) zal bedrijven dwingen tot grote investeringen.
Bart Buysse, CEO van Fevia, waarschuwt dat de zware fiscale druk de consument nog meer over de grens jaagt: “De torenhoge fiscale druk, zeker op drankverpakkingen, is nu al een belangrijke drijfveer achter de stijgende grensaankopen. In 2024 werd voor 747 miljoen euro aan voeding en dranken over de grens gekocht, een stijging van 37% ten opzichte van 2022. De aangekondigde inspanning op federaal niveau om grensaankopen terug te dringen via een verlaging van de federale verpakkingsheffing in 2027, wordt hiermee volledig tenietgedaan. Wat met de ene hand wordt gegeven, wordt met de andere weer afgenomen.”
Vier keer duurder dan in buurlanden
Fevia en Comeos waarschuwden reeds tijdens de vorige legislatuur meermaals voor de buitensporige impact van deze taks. Terwijl Belgische bedrijven al hogere heffingen dragen dan hun buitenlandse concurrenten, ligt de zwerfvuiltaks in België alsnog drie tot vier keer hoger. Het voorstel betekent een kost van 8,7 euro per Belg, terwijl dit in Frankrijk, Duitsland, Nederland en Luxemburg respectievelijk 2,8, 3,2, 2,45 en 2 euro bedraagt.
Lora Nivesse van Comeos: “Een taks van deze omvang is onmogelijk te verantwoorden. Zonder substantiële verlaging tot het niveau van onze buurlanden, is dit voor onze bedrijven onhoudbaar. Het ondergraaft hun competitiviteit op een moment dat ze al tal van economische uitdagingen moeten trotseren.”
Een onwerkbare en onvoorspelbare timing
De gewesten willen de eerste betaling al in april 2026, voor verpakkingen die bedrijven in 2025 al op de markt brachten. Dit komt neer op een belasting met terugwerkende kracht. Bedrijven worden geconfronteerd met kosten voor producten die ze al op de markt hebben gebracht, zonder dat het bedrag vooraf bekend was.
Bovendien dreigt Fost Plus, de Belgische organisatie die instaat voor het inzamelen, sorteren en recycleren van huishoudelijke verpakkingen, onterecht de volledige kost te dragen voor het zwerfvuil.
Eerst een forfaitair bedrag
Fevia en Comeos herhalen hun concrete voorstel, dat ook al werd ingediend bij de vorige regeringen. Begin met een forfaitair bedrag van maximaal 30 tot 35 miljoen euro, in lijn met onze buurlanden. Dit laat toe om een volwaardige berekeningsmethodiek op poten te zetten, gebaseerd op de principes van de SUP-richtlijn: transparantie, proportionaliteit, kostenefficiëntie en gedeelde verantwoordelijkheid. Dat voorkomt veel problemen en tast de competitiviteit van de bedrijven niet aan, net op een moment dat ze steun zouden moeten krijgen.