Voedingssector aan tafel met nieuwe ministers en kabinetten
Nu de regeringen in Vlaanderen, Wallonië en op federaal niveau gevormd zijn (het Brussels Gewest laat nog steeds op zich wachten), zet Fevia volop in op strategische ontmoetingen met de nieuwe ministers en de kabinetten die een sleutelrol spelen voor de voedingssector. Deze gesprekken zijn essentieel om onze prioriteiten onder de aandacht te brengen, onze uitdagingen te delen, het beleid in die zin bij te sturen en samen te bouwen aan een duurzame en competitieve toekomst voor de sector.
De voedingsindustrie als strategische partner
Zodra de regeringen gevormd zijn, gaan we in overleg met alle ministers met relevante bevoegdheden voor de voedingssector, verspreid over de vier bestuursniveaus. Op elk beleidsniveau benadrukken we het belang van onze sector en onze bereidheid tot samenwerking. Daarmee willen we onze positie als onmisbare schakel in de Belgische economie en de agrovoedingsketen versterken, als economische motor, innovator, werkgever en voortrekker in de transitie naar een duurzaam voedingssysteem. Deze ontmoetingen vormen een belangrijke hefboom om onze sector stevig op de kaart te zetten voor de komende legislatuur en een duurzame samenwerking met de politiek uit te bouwen.
Sterke aanwezigheid in Wallonië: brede waaier aan thema’s
In Wallonië is de dialoog al goed op gang gekomen. Onze delegatie ging in gesprek met onder meer minister-president Dolimont, vice-minister-president Pierre-Yves Jeholet, landbouwminister Anne-Catherine Dalcq en minister van Energie en Klimaat Cécile Neven. Ook de ministers van Milieu en Gezondheid Coppieters, Onderwijs Glatigny, en Mobiliteit Desquesnes ontvingen ons voor inhoudelijke besprekingen.
Opvallend is de oprichting van het nieuwe Industrieforum, in samenwerking met minister Jeholet. Dit platform wil de basis leggen voor een duurzame industriële toekomst in Wallonië. In totaal vonden in Wallonië acht bilaterale ontmoetingen plaats en verschillende vergaderingen met de kabinetten. De besprekingen gingen onder meer over het kader voor een sterk industriebeleid, administratieve vereenvoudiging, innovatie, landbouw en samenwerking in de agrovoedingsketen, energie, water, verpakking, onderwijs en een preventief gezondheidsbeleid.
Vlaanderen: structureel overleg via het Industrieforum
Ook in Vlaanderen blijven we inzetten op een regelmatige en structurele dialoog. Met minister-president Matthias Diependaele en de ministers Brouns, Demir, Depraetere en De Ridder gaan we frequent in overleg, onder meer via het Industrieforum. Zo was er een Industrieforum op 6 december 2024 en 17 maart 2025. Daarnaast lopen er voortdurend werksessies met de betrokken kabinetten over strategische dossiers voor onze sector. Het vrijwaren van de concurrentiekracht van de Vlaamse industrie is hierbij de rode draad, maar er wordt ook gewerkt aan oplossingen voor het tekort aan technisch talent op de arbeidsmarkt, aan de voorwaarden voor decarbonisatie en circulaire economie, aan het belang van innovatie en de valorisatie ervan in de industrie.
Er was ook een formele bilaterale ontmoeting met minister-president Diependaele, specifiek rond de uitdagingen van de voedingsindustrie. Hierbij benadrukten we nogmaals het economisch belang van de onze sector, ook in de ruimere voedingsketen en pleitten wij voor een erkenning als strategische sector. Ook rond klimaat en energie zag Fevia Vlaanderen onlangs het kabinet Depraetere. De belangen van de vele kmo’s in de voedingsindustrie verschillen namelijk van die van de grote energie-intensieve bedrijven in andere sectoren. Aangezien het belang van het verpakkingsdossier, werden ook contacten gelegd met het kabinet Brouns. Het is dan ook onze rol om alle voedingsbedrijven te verdedigen.
Eerste federale gesprekken: competitiviteit, voedingsbeleid en eerlijke handelsrelaties centraal
Na de constructieve gesprekken op Vlaams en Waals niveau, zijn ook de eerste federale ontmoetingen van start gegaan. Op 28 maart spraken we met vicepremier David Clarinval, ook bevoegd voor Werk, Economie, Landbouw en Voedselveiligheid. Gezien zijn ruime portefeuille, cruciaal voor onze sector, passeerden heel wat belangrijke thema’s de revue: de economische situatie van onze sector, industrieel beleid, competitiviteit, arbeidsflexibiliteit, grensaankopen, ketenrelaties en oneerlijke handelsprakijken, voedingsbeleid, voedselveiligheid, de radicalisering van het debat rond voeding en gezondheid, administratieve vereenvoudiging en zelfs de tarievenoorlog tussen de VS en de EU. Op 29 april volgde nog een vergadering met het kabinet rond de zogenaamde “territoriale leveringsbeperkingen”, waarrond momenteel op Benelux en EU-niveau één en ander beweegt.
Op 30 april volgden contacten met ministers Crucke, rond klimaat, ecologische transitie en duurzame ontwikkeling, en Simonet (kmo’s). Minister Simonet nodigde ons eerder al op 24 april uit voor een meeting rond de impact van de tarievenoorlog VS-EU op kmo’s.
Begin mei volgen de gesprekken met vicepremiers Jambon (Financiën) en Vandenbroucke (Sociale Zaken, Volksgezondheid). Begin juli volgt dan een ontmoeting met premier De Wever. Maar gezien onze economie en industrie onder druk staan, hebben we op 6 mei alvast een bespreking met o.m. de kabinetschef van de premier rond algemeen beleid, economie, industrieel beleid, werk en energie.
Ondertussen worden weer met andere relevante ministers afspraken gemaakt voor volgende ontmoetingen. Die bieden de kans om de uitdagingen voor de sector aan te kaarten en in overleg te gaan over concrete oplossingen.
