Een position switch binnen Fevia's voedingsbeleid

18.09.2023

Johan Hallaert is sinds 1997 Fevia’s Food Policy Director en gaf zo mee vorm aan ons huidige voedingsbeleid in al zijn facetten. Na 26 jaar geeft hij vanaf oktober de fakkel door aan Ann Nachtergaele. Naast haar huidige functie als Environmental Affairs & Energy Director, stemt Ann voortaan ook het departement Food production & consumption verder af op huidige en toekomstige maatschappelijke noden. Ondertussen blijft Johan aan de slag bij Fevia als Food Policy Advisor. Een terugblik op de begindagen van voedingsbeleid, hoe het zich verder ontwikkelde en wat de toekomst voor ons in petto heeft.

Ann en Johan

First things first, wat houdt voedingsbeleid exact in? 

Johan: Ik ben destijds aangeworven omdat Fevia een departement voedingsbeleid wilde creëren. Nu kan je je dat moeilijk voorstellen, maar de federatie van de voedingsindustrie had in 1997 nog geen departement voedingsbeleid. De focus lag initieel bij de harmonisatie van de EU-wetgeving en de creatie van de interne markt, maar toen in mei 1999 de dioxinecrisis uitbrak, werd voedselveiligheid opeens top of mind. De volgende 10 jaar stonden in het teken van een strenger voedselveiligheidsbeleid, met onder andere de oprichting van het FAVV in 2000 en de publicatie van de Europese General Food Law Regulation 178/2002 in 2002.

Voedselveiligheid blijft tot op de dag van vandaag cruciaal: als je het aan de consument vraagt, dan blijft het de belangrijkste bekommernis waar de sector zeker mee moet bezig zijn. Iedereen wil nu eenmaal veilig van zijn eten kunnen genieten. En ieder voedingsbedrijf is verantwoordelijk voor de veiligheid van de producten die het op de markt brengt. 

In 2005 kwam voeding en gezondheid weer meer naar de voorgrond. Bij voeding en gezondheid speelt er een gedeelde verantwoordelijkheid waarbij zowel de voedingssector, de overheid en de consument moeten samenwerken om de gezondere keuze gemakkelijker te maken. Zo slaagden we erin om samen met de collega’s van Comeos en met de bevoegde overheden enkele successen te behalen, zoals het elimineren van de transvetten, de reductie van het zoutgehalte en de reductie van het calorieaanbod.

Ten slotte vormt ook etikettering een belangrijk onderdeel van voedingsbeleid. Het is belangrijk dat elke consument de volledige voedselinformatie kan raadplegen. Denk maar aan allergenen, de houdbaarheidsdatum, de bewaar- en bereidingsmethode. Ook op vlak van voeding en gezondheid moet je de consument de nodige informatie verschaffen zodat hij zelf de juiste keuze kan maken, de nutritionele info moet met andere woorden op het etiket terug te vinden zijn. Bedrijven kunnen nog verder gaan en bijkomende info geven die niet wettelijk verplicht is, zoals de Nutri-Score. 

Wat beschouw je als de grootste successen binnen voedingsbeleid tijdens jouw carrière?

Johan: Ik ben heel tevreden over de constante verbetering van de voedselveiligheid. We hebben ons lesje zeker geleerd “dankzij” de dioxinecrisis! Die positieve lijn valt ook te danken aan onze partnerships met bijvoorbeeld het FAVV. Samen ontwikkelden we het Belgische autocontrolesysteem. Daarbij laten voedingsbedrijven hun autocontrolesysteem bijkomend valideren op basis van een sectorgids die door het FAVV werd goedgekeurd. Dit zorgt voor een betere garantie van de voedselveiligheid.

Ook voor voeding en gezondheid zijn de partnerships met de overheid belangrijk, om samen aan hetzelfde zeel te trekken. Met minister Onkelinx tekenden we een convenant rond zoutreductie, en met minister De Block een convenant rond de vermindering van de calorie-inname. Momenteel staat ons nieuw Nutri-Pact klaar om te lanceren, hopelijk ook in samenwerking met de overheid.

Laten we even vooruit blikken, welke toekomstige ontwikkelingen voorspellen jullie voor het voedingsbeleid? 

Johan: Ik vermoed dat de komende 10 jaar nog meer in het kader van duurzaamheid zullen staan. Je merkt dat er een grotere urgentie groeit op vlak van klimaat. Ik heb de indruk dat het duurzaamheidsaspect tegenwoordig soms belangrijker bevonden wordt dan voedselveiligheids- en nutritionele aspecten.

Voor ons zitten zowel voedselveiligheid als voeding en gezondheid in duurzaamheid vervat. Zo heeft het klimaat een invloed op vlak van voedselveiligheid: bepaalde mycotoxines, dat zijn giftige stoffen geproduceerd door schimmel, komen meer voor als het warmer is, er duiken andere planten- en dierenziekten op, enz…

De uiteindelijke uitdaging is om alle aspecten te integreren, en om ze allemaal op de juiste manier aan bod te laten komen. Bij tegenstrijdigheden zullen we voor dilemma’s komen te staan: laten we eerder milieu of klimaat doorwegen of toch eerder gezondheid of voedselveiligheid? Dat zal in de toekomst tot discussies leiden.

Ann: Inderdaad, tegenwoordig staan het milieu en het klimaat op de voorgrond: ze bepalen meer en meer wat en hoe wij eten. Op Europees niveau evolueert de wetgever richting sustainability, en die veranderende politieke agenda vertaalt zich naar de voedingsindustrie. Denk maar aan de ‘farm to fork’-strategie en sustainability labelling die aan belang winnen.  

Consumenten staan vaker stil bij de vraag: ‘Hoe kan ik gezond eten met minder impact op het milieu?’ Zo zal je jouw eetpatroon aanpassen  om jouw impact op het klimaat te verminderen, maar dan merken we op dat consumenten nog te weinig rekening houden met een evenwichtige voeding. “Duurzamere diëten” (lees producten eten afkomstig van een duurzamere voedingssysteem) vervangen met andere woorden “gezonde diëten”. 

Tegenwoordig moet je de consument informeren over de milieu-impact of Eco-Score van je product. Kortom, we stellen op vele vlakken vast dat zowel de productie als consumptie van je product verbonden zijn met voedings- en milieu-aspecten. Het verkiezingsmemorandum van Fevia komt eraan. De voedingsindustrie zal haar verantwoordelijkheid blijven nemen en zich blijven inzetten op maatschappelijk belangrijke thema’s.

Wij vragen vanuit het voedingsbeleid om te blijven inzetten op Europees geharmoniseerde wetgeving, om de nodige middelen te blijven vrijmaken om in de ganse keten – en bij de uitvoer – de voedselveiligheid te garanderen, om massaal in te zetten op digitalisering, om samen werk te maken van een aanpak die de gezondere keuze gemakkelijker maakt, … 

Begin oktober neem jij de fakkel over van Johan. Hoe zal de dagelijkse werking verlopen?  

Ann: Enkele jaren geleden richtten we een ‘food production and consumption policy’ cluster op bij Fevia, waartoe zowel voedingsbeleid als milieu en energie behoren. Dat was met de intentie om beide onderdelen op termijn samen te behandelen. Steeds meer dossiers zijn aan beide aspecten gelinkt, dus leek het ons een verantwoorde en logische keuze.

Zo zet men in op het hergebruik van water om de watervoetafdruk te verkleinen. Maar dat heeft ook gevolgen voor voedselveiligheid, want het water moet van goede kwaliteit zijn. Idem voor verpakkingen: die moeten op een veilige manier een tweede leven krijgen, want ze komen in contact met onze voeding. 

​​​​

Ik ben directeur van milieu en energie en Johan van voedingsbeleid. Begin oktober neem ik Johan z’n functie over en zal ik mijn scope dus verbreden. Johan zal – samen met Imke – alle voedselveiligheidsdossiers en de totaliteit van de voedselveiligheidsthematiek blijven behandelen, terwijl ik mij zal toeleggen op de algemene coördinatie. Bovendien maken we van de gelegenheid gebruik om ook een Sustainability Advisor aan te werven die zich toespitst op alle duurzaamheidsdossiers. Die persoon neemt enkele taken van mij over, zoals de opvolging van onze duurzaamheidsroadmap “Wat eten we morgen?”. We zorgen dus voor een toekomstgerichte reorganisatie van de cluster om tegemoet te komen aan de maatschappelijke realiteit en noden. Dit was de juiste opportuniteit en wij zijn ervan overtuigd dat dit een goede aanpak is naar de toekomst toe. 

Johan, wat was voor jou het favoriete aspect van de job? 

Johan: Ik hou van de constante uitdaging die eigen is aan de job. Er is zoveel afwisseling en evolutie. Er is altijd iets nieuws, je moet je kunnen aanpassen aan veranderingen en kunnen inspelen op zaken. Bovendien vind ik het leuk om onze sector te steunen en onze bedrijven te helpen. Je bent bezig met uiterst interessante en maatschappelijk relevante zaken, en je kan samen met de voedingsbedrijven iets realiseren. 

Waarom is Ann de geschikte opvolger? 

Johan: Aangezien we samen al verantwoordelijk waren voor de cluster, was zij een logische keuze. Ze heeft al ervaring als directeur en ze kent alle dossiers en gevoeligheden. Voor mij was het dus een evidentie. Veel dossiers komen samen voor binnen voedingsbeleid en milieu en energie, ze heeft ervaring met de strategie, ze kent de meeste contacten enzovoort. Ik heb er dus alle vertrouwen in.

Heb je goede raad voor Ann? 

Johan: Houd rekening met de eigenheid van voedingsbeleid op vlak van organisatie en mensen, en zowel intern als extern. Zo is er binnen voedingsbeleid een duidelijkere opsplitsing tussen de horizontale en verticale aspecten. Dat accent is veel zwaarder dan bij milieu en energie. Wij volgen de horizontale aspecten op en hebben heel veel contact met onze sectorfederaties, die de verticale aspecten opvolgen. Zo volgen wij qua etikettering alles op wat voor de hele voedingsindustrie van toepassing is, terwijl de specifieke vereisten voor bijvoorbeeld de frisdranken door de sectorfederatie wordt opgevolgd. Ga dus zeker voldoende de dialoog aan met de verschillende sectorfederaties en besteed de nodige aandacht aan die unieke wisselwerking.

Ann, hoe zie jij jouw nieuwe rol? Zijn er bepaalde accenten die je wilt leggen? 

Ann: Ik wil de dialoog aangaan en mijn ervaring vanuit milieu en energie meenemen naar voedingsbeleid. Onze aanpak en voorkennis van bepaalde dossiers kunnen heel nuttig zijn voor voedingsbeleid. Het is als het ware een kruisbestuiving, dus ik hoop om de hele cluster op die manier nog sterker te maken.

De toekomstige cluster ‘food production and consumption policy’: wie is wie

Ann Nachtergaele: Food Production and Consumption Policy Director
Candice Joseph: Environmental Affairs & Energy Advisor
Emilie Noë: Food Policy Advisor
Imke Van Den Broeck: Food Policy Advisor 
Johan Hallaert: Food Policy Advisor
Liesje De Schamphelaire: Environmental Affairs & Energy Advisor 
Maud Sermeus: Food Policy Advisor 
Tom Quintelier: Environmental Affairs & Energy Advisor 
Sustainability Advisor